Hoe stel ik in dat buitenlandse identiteitsbewijzen (EER) wel zichtbaar zijn voor de inlener? Hoe stel ik in dat buitenlandse identiteitsbewijzen (EER) wel zichtbaar zijn voor de inlener?

Hoe stel ik in dat buitenlandse identiteitsbewijzen (EER) wel zichtbaar zijn voor de inlener?

Marel Maathuis Marel Maathuis

In de onboarding kun je instellen dat identiteitsbewijzen worden toegevoegd. Afhankelijk van of een flexkracht de Nederlandse nationaliteit heeft of een nationaliteit van 1 van de landen van buiten de Europese Economische Ruimte (hierna: EER), moet een identiteitsbewijs inzichtelijk zijn voor de inlener. 


Nederlandse identiteitsbewijzen en identiteitsbewijzen van landen binnen de EER mag de inlener niet inzien. Identiteitsbewijzen van flexkrachten met een nationaliteit van buiten de EER moet de inlener wel inzien. Je kunt dit instellen in de onboarding. 


Hieronder wordt uigelegd hoe je dit kunt instellen. De volgende stappen worden behandeld.

  1. Dossieritemtype instellen
  2. Onboardingstype instellen
  3. Velden onboarding toevoegen 
  4. Identiteitsbewijs NL + EER (voorkant) instellen
  5. Identiteitsbewijs buiten EER (voorkant) instellen
  6. Soort identiteitsbewijs instellen
  7. Identiteitsbewijs NL + EER (achterkant) instellen
  8. Identiteitsbewijs buiten EER (achterkant) instellen
  9. Zichtbaarheid onboarding testen

Stap 1: dossieritemtype instellen


Om te zorgen dat een inlener bepaalde documenten wel mag zien, zul je verschillende dossieritemtypes moeten instellen. Ga hiervoor naar Start -> Applicatiebeheer -> Dossieritemtypes. In het artikel Opties voor dossieritemtypes kun je meer informatie lezen over de verschillende opties die je kunt instellen. 


In dit geval heb je vier verschillende dossieritems nodig:

  1. Kopie identiteitsbewijs (voorkant - NL + EER)
  2. Kopie identiteitsbewijs (voorkant - buiten EER)
  3. Kopie identiteitsbewijs (achterkant - NL + EER)
  4. Kopie identiteitsbewijs (achterkant - buiten EER)


Voor nummers 2+4 kun je instellen dat de inlener die wel mag inzien.  



Voor nummers 1+3 moet de inlener deze rechten niet hebben. Voeg de verschillende dossieritems toe, zodat je deze in de onboarding kunt gebruiken. Meer informatie over rechten op dossieritems kun je vinden in het artikel Dossieritemtype rechten.


Stap 2: onboardingstype instellen


In het artikel Hoe te starten met Onboarding? kun je lezen hoe je een onboardingstype kunt instellen. Bij het nieuw toevoegen van een onboardingstype wordt automatisch het formulier ingevuld. Onder de stap Identiteit van stap 2: Formulier zijn velden toegevoegd voor het toevoegen van een identiteitsbewijs. 



In dit artikel gaan we vier verschillende bijlagevelden in het formulier gebruiken. Hiervoor stellen we het volgende in. 


Stap 3: velden formulier toevoegen


Klik bij Beschikbare velden op Bijlage en vul in dat het gaat om een identiteitsbewijs waarbij je kiest voor het aangemaakte dossieritemtype. 



Hieronder wordt per dossieritemtype uitgelegd welke afhankelijkheden je moet toevoegen.


Stap 4: identiteitsbewijs NL + EER (voorkant) instellen


Stel de afhankelijkheden in, zodat alleen als er sprake is van de Nederlandse nationaliteit of als er sprake is van een nationaliteit dat binnen de EER valt, je dit type dossieritem kunt toevoegen. Klik hiervoor op Regel toevoegen onder Afhankelijkheden.


Vul hier bij Veldafhankelijkheden in dat Nationaliteit (Tabel) gelijk moet zijn aan  'Nederlandse'. Alleen als Nederlandse wordt gekozen bij de vraag Nationaliteit, komt dit veld van de bijlage beschikbaar en kan er een kopie identiteitsbewijs (voorkant) NL + EER toe worden gevoegd. Stel ook in dat het veld Niet leeg mag zijn. Het veld wordt dan niet zichtbaar als er nog niets is ingevuld. Klik daarna op Opslaan.



Voeg nu nog een afhankelijkheid toe voor als een flexkracht niet de Nederlandse nationaliteit heeft, maar wel een nationaliteit die behoort tot een land binnen de EER.  Klik op Regel toevoegen en vul hier bij Veldafhankelijkheden in dat Behoort de nationaliteit tot een land binnen de EER gelijk moet zijn aan 'Ja'. Vul ook hier in dat het veld Niet leeg mag zijn. Klik daarna op Opslaan.



Klik nogmaals op Opslaan om het veld in het formulier op te slaan. Er is nu ingesteld dat alleen als Nederlandse wordt gekozen bij de vraag Nationaliteit, of als er wordt gekozen voor een andere nationaliteit, maar die valt wel Binnen de EER, dan komt dit veld van de bijlage beschikbaar en kan er een kopie identiteitsbewijs (voorkant) NL + EER toe worden gevoegd. De inlener mag dit identiteitsbewijs niet inzien.


Stap 5: identiteitsbewijs buiten EER (voorkant) instellen


Voor het toevoegen van identiteitsbewijzen buiten de EER volg je dezelfde stappen als hiervoor. 



Bij afhankelijkheden vul je alleen andere gegevens in. Klik hiervoor op Regel toevoegen onder Afhankelijkheden. Vul hier bij Veldafhankelijkheden in dat Behoort de nationaliteit tot een land binnen de EER gelijk moet zijn aan 'Nee'.  Vul daarnaast in dat ook dit veld Niet leeg mag zijn en geef ook aan dat Nationaliteit (Tabel) Niet leeg mag zijn. 



Klik daarna op Opslaan om de afhankelijkheid op te slaan en klik daarna nogmaals op Opslaan om het veld op te slaan. 


Dit veld komt nu alleen beschikbaar in de onboarding als het gaat om een flexkracht met een nationaliteit die buiten de EER valt. De inlener mag dit identiteitsbewijs wel zien.


Stap 6: soort identiteitsbewijs instellen


Bij een identiteitskaart moet ook de achterkant als bijlage worden toegevoegd. Dit hoeft niet bij een paspoort. Daarom kun je kiezen of je een paspoort of identiteitskaart hebt. In de onboarding template is dit al ingesteld bij Soort identiteitsbewijs.



Als je een paspoort hebt, dan wordt het veld voor de achterkant van het identiteitsbewijs niet getoond. Hieronder wordt uitgelegd hoe je dit verder kunt instellen. 


Stap 7: identiteitsbewijs NL + EER (achterkant) instellen


Net zoals hierboven stel je in of er sprake is van een flexkracht met de Nederlandse nationaliteit of een nationaliteit die binnen de EER valt. Daarnaast stel je in dat het veld alleen beschikbaar moet zijn als er sprake is van een identiteitskaart. 



Voeg daarom een afhankelijkheid toe. Klik hiervoor op Regel toevoegen onder Afhankelijkheden. Vul hier in dat het Veld Nationaliteit (Tabel) gelijk moet zijn aan de Waarde Nederlandse en dat Veld Soort identiteitsbewijs gelijk moet zijn aan de Waarde Identiteitskaart. De waarde is de naam van de keuzemogelijkheid die is ingevuld bij het veld Soort identiteitsbewijs in het formulier. 



Daarnaast moet dit veld ook beschikbaar zijn als het gaat om een nationaliteit die valt onder een land dat binnen de EER valt. Vul daarom nog een afhankelijkheid in waarbij het Veld Behoort de nationaliteit tot een land binnen de EER gelijk moet zijn aan 'Ja'. Vul daarnaast in dat Veld Soort identiteitsbewijs gelijk moet zijn aan de Waarde Identiteitskaart.



Klik daarna op Opslaan om de afhankelijkheid op te slaan en klik daarna nogmaals op Opslaan om het veld op te slaan. Dit veld van de achterkant is nu alleen beschikbaar als er sprake is van een identiteitskaart en er sprake is van een Nederlandse nationaliteit of een nationaliteit van een land dat binnen de EER valt. De inlener ziet deze identiteitsbewijzen niet. 


Stap 8: identiteitsbewijs buiten EER (achterkant) instellen


Ook hier stel je in dat het moet gaan om een nationaliteit van buiten de EER en om een identiteitsbewijs.



Voeg als afhankelijkheid het volgende toe. Vul hier in dat het Veld Behoort de nationaliteit tot een land binnen de EER gelijk moet zijn aan 'Nee' en dat dit veld Niet leeg mag zijn. Vul daarnaast in dat Veld Soort identiteitsbewijs gelijk moet zijn aan de Waarde Identiteitskaart. De waarde is de naam van de keuzemogelijkheid die is ingevuld bij het veld Soort identiteitsbewijs in het formulier. 



Klik daarna op Opslaan om de afhankelijkheid op te slaan en klik daarna nogmaals op Opslaan om het veld op te slaan. Dit veld van de achterkant is nu alleen beschikbaar als er sprake is van een identiteitskaart en er sprake is van een nationaliteit van een land dat buiten de EER valt. De inlener ziet deze identiteitsbewijzen wel.


Stap 9: zichtbaarheid onboarding testen


Zorg dat je de velden die je hebt toegevoegd in Stap 3 van dit artikel voor het identiteitsbewijs ook toevoegt bij Stap 3 Bewerkersdefinitie in de onboarding. Doe je dit niet, dan zijn de velden niet zichtbaar in de onboarding. In het artikel Onboarding: Bewerkingsdefinitie (stap 3) kun meer lezen over de bewerkersdefinitie. Vul het onboardingstype helemaal in en sla deze op. 


Je kunt nu een nieuwe onboarding aanmaken, waarbij je het volgende kunt zien. Ga naar de stap van de Identiteit. Als er nog geen gegevens zijn ingevuld, dan zie je geen velden om een bijlage toe te voegen.



Selecteer je bij Nationaliteit (Tabel) Nederlandse, dan wordt het veld voor de Kopie identiteitsbewijs (voorkant) NL + EER zichtbaar. Kies je nu voor een andere nationaliteit en vervolgens voor Ja bij de vraag Behoort de nationaliteit tot een land binnen de EER dan krijg je dezelfde velden te zien. 




Selecteer je bij Soort identiteitsbewijs Identiteitskaart, dan komt ook het veld voor de achterkant beschikbaar om in te vullen.



Kies je in plaats voor de Nederlandse nationaliteit een nationaliteit van een land die buiten de EER valt, dan krijg je onderstaande velden te zien.




Op deze manier krijg je afhankelijk van jouw keuze het juiste veld beschikbaar en deze is afhankelijk van wat je hebt ingevuld ook zichtbaar voor de inlener.