Een nieuwe flexkracht kan op twee manieren gekoppeld worden met e-UUR: vanuit de synchronisatie met e-UUR of vanuit een flexkracht-onboarding.
Ophalen vanuit Nocore
Bij het ophalen van een inlener uit Nocore worden ook direct de bijbehorende lopende plaatsingen en flexkrachten opgehaald naar e-UUR.
Het voordeel van deze methode is dat het gemakkelijker werkt. Het nadeel is dat er minder gegevens van de flexwerker gekoppeld worden en dat een flexwerker alleen gekoppeld wordt als deze een plaatsing heeft.
Vanuit een flexkracht-onboarding
Een flexkracht kan gekoppeld worden vanuit e-UUR door middel van een flexkracht-onboarding. In het flexkracht-onboardingstype kun je instellen dat je de flexkracht wilt exporteren naar Nocore. Meer informatie hierover kun je lezen in het artikel Onboarding: Nocore exportdefinitie.
Om handmatig een flexkracht vanuit de onboarding naar Nocore te synchroniseren ga je naar Start > Flexkracht-onboarding > Flexkracht-Onboardingen en klik je op Overig > Synchroniseer wijzigingen met Nocore.
Flexkracht synchroniseren
Wanneer je een flexkracht in e-UUR sychroniseert kun je:
- Een dossieritem overzetten dat in Sedis klaarstaat voor de flexkracht.
- Een loonstrook overzetten voor deze flexkracht.
- Gegevens van de flexkracht bijwerken.
Dit kan op twee manieren: per flexkracht of alle flexkrachten tegelijk.
Per flexkracht
Ga naar Start > Flexkrachten en selecteer de flexkracht. Kies via Overig > Synchroniseer met Nocore.
Alle flexkrachten
Alle gegevens van alle flexkrachten worden gesynchroniseerd. Je gaat naar Start > Flexkrachten en via Overig > Synchroniseer alle flexkrachten: Nocore.